advocatenkantoor haarlem
noun_Search_1166289 Created with Sketch.

Kinderalimentatie

Behoefte

Het startpunt bij de berekening van kindereren is de behoefte van de kinderen. Wat zijn de kosten van de kinderen. De hoogte van de behoefte hangt af van het netto inkomen van beide ouders tijdens hun huwelijk of relatie.

De precieze berekening van kinder (-en partneralimentatie) is een specialistisch werk. Mr Mark Wingen is als familierechtadvocaat dagelijks met deze kwesties bezig. Het is niet zomaar een rekensom, maar allerlei andere omstandigheden spelen een rol, zoals: hoeveel tijd blijven de kinderen bij de onderhoudsgerechtige, leeftijd kinderen, wie betaalt wat, wat te doen als inkomen ouder onzeker is of in toekomst zal stijgen etc ?

Er wordt een Nibud-tabel gebruikt, waarin een aantal punten zijn opgenomen.
De daarbij vermelde kosten van een kind zijn al verminderd met de kinderbijslag.

De gebruikte Nibud-tabellen hebben betrekking op kinderen tot 18 jaar. De kosten van kinderen ouder dan 18 jaar worden daar niet in opgenomen. Hoe moet daar mee worden omgegaan ? Het verstandigst is om daarover advies in te winnen bij onze advocaat, mr Mark Wingen. Hij weet ook hoe de rechtbank te Haarlem met deze kwesties omgaat.

De behoefte van de kinderen staat dus vast voor nu en in de toekomst en zal in beginsel niet wijzigen als het inkomen van de betalende de ouder toeneemt. Daar is een uitzondering. Als het inkomen van deze ouder extreem toeneemt in die zin dat dit inkomen in vergelijking met het gezinsinkomen ten tijde van de echtscheiding hoger is. Dat zal niet vaak het geval zijn. De achterliggende reden is dat deze stijging in beginsel wel invloed dient uit te oefenen op de vaststelling van de behoefte, omdat als het huwelijk zou hebben voortgeduurd, zou die verhoging immers ook een positieve invloed hebben uitgeoefend op het bedrag dat ten behoeve van de kinderen zou zijn uitgegeven.

Er is een tijd een discussie geweest of het kindgebonden budget dat de verzorgende ouder ontvangt(na de scheiding) in aftrek moet komen op de behoefte ? Op basis van de kinderalimentatie richtlijn(vanaf 1 april 2013) kwam het kindgebonden budget op de behoefte in mindering strekt. Op zichzelf lijkt dat redelijk want het k.g.b. ziet de overheid als een tegemoetkoming in de kosten van het kind. Dit k.g.b. kan honderden euro’s per maand bedragen. Per 1 januari 2015 komen veel alleenstaande ouders in aanmerking voor een verhoging van het k.g.b. (in de vorm van een alleenstaande ouderkop). Deze kan maximaal ongeveer is € 3.000,- bedragen. In beginsel wordt de behoefte van het kind daardoor verminderd. Dat was echter vaak niet redelijk. De rechtbank te Haarlem heeft dat ook in uitspraken bevestigd. Want als de behoefte van de kinderen € 500,- bedraagt en de verzorgende ouder ontvangt na de scheiding € 300,- aan k.g.b. , dan zou de behoefte nog maar € 200,- bedragen. De alimentatie- plichtige ouder zou dan maar € 200,- hoeven te betalen.

Hoge Raad heeft in oktober 2015 beslist over behoefte van een kind. Het kindgebonden budget(=en ‘alleenstaande ouderkop’) komt niet in mindering op de behoefte van het kind. Het kindgebonden budget wordt wel opgeteld bij het inkomen van de vrouw(ervan uitgaande dat vrouw rechte heeft op kinderalimentatie).

De behoefte van een kind waarvan de ouders nooit in gezinsverband hebben samengeleefd, wordt bepaald aldus, dat het gemiddelde wordt genomen van de behoefte berekend op basis van het inkomen van de ene ouder (inclusief het voor het betreffende kind ontvangen kind gebonden budget) en de behoefte op basis van het inkomen van de andere ouder (eveneens inclusief het voor het betreffende kind ontvangen kind gebonden budget). De inkomens dienen dus niet bij elkaar te worden opgeteld. Het aldus gevonden eigen aandeel kan worden vermeerderd met de netto kosten van kinderopvang, dus na aftrek kinderopvangtoeslag en tegemoetkoming in die kosten door een werkgever, en wordt verminderd met het voor het kind te ontvangen kind gebonden budget. Als het om een eerste vaststelling gaat en de ouder bij wie het kind woont nog niet de beschikking heeft over een bijdrage van de andere ouder, kan volstaan worden met een globale schatting van de kosten van het kind.”

Draagkracht

De tweede stap is dat berekend wordt wat ieder van de ouders kunnen bijdragen in de behoefte van het kind, dus wat de draagkracht is. Is de onderhoudsgerechtigde opnieuw getrouwd, dan is de nieuwe partner stiefouder en heeft deze een onderhoudsplicht
De draagkracht wordt berekend, namelijk op basis van een draagkrachttabel en een formule. Daarvoor zijn de precieze gegevens van uw inkomen nodig. Gevolg daarvan is dat niet meer de daadwerkelijke lasten van de onderhoudsplichtigen in aanmerking worden genomen. Als alle omstandigheden in aanmerking genomen kan dit tot een onredelijke uitkomst leiden. Onze advocaat zal deze omstandigheden goed bekijken, want er bestaat een mogelijk beroep op de zogenaamde aanvaardbaarheidstoets. Als bijvoorbeeld vader alimentatieplichtig is maar na de echtscheiding een (deel) van de schulden afbetaald of een hoge huur heeft dan is er een reden om met de aflossing van de schuld of hoge huur rekening te houden.

Uitgangspunt bij het ingevoerde systeem van de kinderalimentatie(vanaf 1 april 2013) is, dat de verzorgende ouder alle kosten van verzorging en opvoeding bedraagt. Bij co-ouderschap kunnen andere afspraken worden gemaakt. De ouder waar de kinderen minder tijd doorbrengen heeft in beginsel alleen te maken met betaalt, behalve de verblijfskosten (o.a. eten en drinken). In de praktijk zal deze ouder ook andere kosten dragen. Deze andere ouder mag ter compensatie van de kosten die gemaakt worden voor het verblijf van het kind bij hem of haar, een zorgkorting toepassen op hetgeen aan kinderalimentatie betaald moet worden.

De conclusie is dat de kinderalimentatie berekend op basis van het op 1 april jl. ingetreden systeem per saldo op een lager bedrag uitkomt dan onder het daarvoor geldende systeem het geval was. Alhoewel het streven was het systeem eenvoudiger te maken, blijkt dat in de praktijk juist niet het geval te zijn. Het is juist ingewikkelder geworden. Het gebruik van forfaitaire bedragen (lees: vaste bedragen) in plaats van de werkelijke lasten, kan tot onredelijke uitkomsten leiden. Zo wordt in beginsel geen rekening meer gehouden met dubbele woonlasten, aangezien de lasten vast (forfaitair) worden berekend, namelijk 30% van het inkomen. Dit heeft helaas de acceptatie van het systeem (vanaf 1 april 2013) niet doen toenemen. Voor alimentatie die met ingang van 1 april 2013 of later wordt vastgesteld of gewijzigd geldt het nieuwe systeem ook. Volgens de wet geeft kan altijd wijziging van alimentatie gevraagd worden als sprake is van een belangrijke wijziging van (financiële) omstandigheden. Dit betekent dat er ouders zijn die mogelijk teveel kinderalimentatie betalen.

Als u vragen hebt naar aanleiding van dit alles en/of uw eigen situatie wilt laten beoordelen, neemt u dan vrijblijvend contact opnemen met ons advocatenkantoor te Haarlem. Mr Mark Wingen, kan als deskundige familierechtadvocaat op een heldere wijze uitleggen of u in aanmerking komt voor een herziening van de kinderalimentatie. Zo ja, dient als een regeling in onderling overleg niet mogelijk is een verzoek bij rechtbank te Haarlem worden ingediend.

Co-ouderschap

De benaming co-ouderschap wordt gebruikt als ouders de zorg voor hun kinderen ongeveer in gelijke mate delen. Dat kan op verschillende manieren. De kinderen kunnen bijvoorbeeld de ene helfte van de week bij de ene ouder verblijven en de andere helft van de week bij de andere ouder, waarbij kinderen in de weekends om en om bij ieder van de ouders zijn. Of de kinderen verblijven de ene week bij de ene ouder en de andere week bij de andere ouder.

Bij co-ouderschap komt het vaak voor dat de ouders de kindgebonden op een of andere manier delen. Soms gebeurt dat door gebruikmaking van een kinderrekening waaraan door de ouders in een bepaalde verhouding wordt bijgedragen, soms gebeurt dat doordat de ene ouder bijvoorbeeld de kleren koopt en de andere ouder de sportkosten betaalt.

Ook bij co-ouderschap kan aanleiding bestaan voor het vaststellen van kinderalimentatie. Dat is afhankelijk van zowel de inkomens van ieder van de ouders (met name een inkomensverschil tussen de ouders) en van de verdeling van de kindgebonden kosten over de ouders.

Het Rapport alimentatienormen (expert groep) bevat slechts beperkte aanbevelingen voor het geval de ouders in co-ouderschap voor de kinderen zorgen. “Co-ouderschap is een niet wettelijke term die in de praktijk wordt gebruikt voor verschillende varianten van gedeelde zorg. Ook hier is uitgangspunt dat de ouders naar rato van hun draagkracht in de kosten van een kind bijdragen. De zorg wordt op de hiervoor beschreven wijze in de berekening verwerkt, waarbij geen onderscheid wordt gemaakt in ruime zorgregelingen of co-ouderschap. Bij andere afspraken over kostenverdeling kunnen de onderhoudsplichtigen in onderling overleg een ander of geen kortingspercentage toepassen.

Het is mogelijk dat de co-ouder bij wie het kind niet is ingeschreven voor een kind aanspraak kan maken op de inkomensafhankelijke combinatiekorting. Hiermee dient bij de berekening van de draagkracht rekening te worden gehouden.” De inkomensafhankelijke combinatiekorting is bedoeld als een tegemoetkoming voor werkende ouders met jonge kinderen. Hierdoor wordt het voor ouders met kinderen aantrekkelijker om betaald werk te accepteren. Deze inkomensafhankelijke aanvullende combinatiekorting (iack) is enkele jaren geleden ingevoerd.

Informatie aanvragen

Heeft u een vraag of wilt u misschien van gedachten wisselen? Stel uw vraag via ons formulier.

Wij zijn u graag van dienst.

Ja, ik wil een gratis juridisch adviesgesprek

(gratis adviesgesprek bedraagt 45 minuten)

    Wij gaan zuinig met je gegevens om, maar zijn verplicht te vragen of je akkoord gaat met onze privacyverklaring.